VMS: Value stream Mapping

Vandaag ga ik met het team kijken naar ons curriculum. Ik vind het best spannend, want ik ga een werkmethode die ik ken vanuit Lean 6Sigma, doorvertalen naar een opdracht voor het onderwijsteam. Het is aan mij om de collega's door het VSM proces te begeleiden. Het doel van deze bijeenkomst is: nieuwe docenten kennis laten maken met het curriculum, afstemming vinden en visie over curriculum afstemmen en hiaten in curriculum bloot leggen. Bij VSM is de eerste stap, kijken hoe een proces loopt. De tweede stap is het proces beschrijven zoals wij het zouden willen hebben. 

  

Aan het einde van de sessie, was het voor iedereen duidelijk waar de verbeterpunten van curriculum lagen. Ook heeft iedereen scherp en helder hoe het curriculum voor de komende jaren zal zijn. Uit de feedback van de groep kwam:

- heldere bijeenkomst, - toegevoegde waarde voor het team, - Fijn om invloed op het curriculum te hebben, - we kijken uit naar een volgende sessie.

Feedback Quest 1

Om Quest 1 af te ronden, zal mij persoonlijke blog : Trends shaping the future, voorzien worden van feedback door E. van Beek. Zij is teamlid van de het gameteam Devils in diguise. Haar feedback kunt u hier terug vinden.

Quest 1: Trends shaping the future

Bij LA 4 worden we aan de hand van een Gamefication methode onder ander uitgedaagd om Trends en drijvende krachten binnen het onderwijs te zoeken en te beschrijven. Aan de hand van Blogberichten geven wij als team onze bevindingen weer. Ons blogteam draagt de naam "Devils in disguise" en is te vinden onder deze link. Er vindt een groeps beoordeling plaats, maar ook een persoonlijke beoordeling. De verantwoording van het groepsdeel is te vinden op onze teamblog. In mijn persoonlijke blogs sta ik stil bij de individuele Quests. 

Quest 1
De snelle ontwikkeling van de technologie, heeft er toe geleid dat onze maatschappij aan het transformeren is van een industriële- naar een informatie- of kennismaatschappij (Voogt & Pareja Roblin, 2010). Deze snelle ontwikkeling in de technologie zorgt ervoor dat kennis snel veroudert, met name in de technische sector. Technische scholen vragen zich dan ook af, of het verstandig is te blijven investeren in de overdacht van technische kennis, door middel van frontaal lessen of door meer gebruik te maken van digitale middelen. Naast dat technische arbeidsmarkt geeft aan dat aangeleerde kennis verouderd is als studenten gediplomeerd de school verlaten, geeft de markt ook aan behoefte te hebben aan studenten die kunnen samenwerken, complexe problemen kunnen oplossen (21e eeuwse vaardigheden) en te willen blijven leren (Trilling & Fadel, 2009). Technische scholen staan daarom voor de vraag " Hoe ontwikkelen wij studenten die bereid zijn die hun leven lang te willen blijven leren?", en "Hoe gaan wij studenten de 21e eeuwse vaardigheden bijbrengen?".

Trend: Digitalisering en de 21e eeuwse vaardigheden.
Kinderen op de basisschool werken al met een tablet en zullen op jonge leeftijd meegroeien met de digitale ontwikkelingen. Hoewel docenten en studenten aangeven dat de digitale ontwikkelen het onderwijs leuker maakt, zijn niet alle docenten in staat om met de digitale ontwikkelingen mee te groeien of te gebruiken (Nieuwenhuys, 2008). Omdat de ontwikkelingen in de digitale wereld snel gaan en studenten van verschillende leeftijden hier in aanraking mee komen worden scholen in Nederland aangeraden om te investeren in gebruik van digitale middelen en in trainingen voor docenten om te leren omgaan met deze middelen (VNO-NCW et al., 2016). Ook de docenten binnen het technisch onderwijs werken de laatste paar jaren steeds meer met computers en animatieprogramma's. Deze programma's nemen een stuk werk uit het handen van de docenten, maar simuleren ook probleem situaties die voor komen in het werkveld waardoor student actuele problemen geschoold krijgen.



Veel technische scholen werken met frontaal onderwijs. Bij frontaal onderwijs zitten de studenten veelal in een bus opstelling met de docent aan het stuur van onderwijs. Tijdens de les probeert de docent met praten zijn kennis over te dragen. Hoewel de bus opstelling in veel scholen nog voorkomt is de docent een stuk minder aan het woord. Scholen zijn aan het digitaliseren waarbij een krijtbord is vervangen door een beamer of een SMART TV. Boeken deels zijn vervangen door laptops, tablet's of een smartphone. Heeft de docent even niet het antwoord op een vraag, of kan hij het niet goed uitleggen? Dan komt Google met een alternatieve uitleg. De opkomst van applicaties dagen jongeren en volwassenen op een gepast niveau uit om problemen op te lossen. Denk hierbij aan Dragonbox, Sqular ,VR learning, maar ook aan de nieuwste techniek zoals Hololens. Het digitaliseren van het onderwijs is een trend die veel studenten zal treffen en van het onderwijs vraag om studenten te leren omgaan met de nieuwe techniek, zoals cloudcomputing, gepersonaliseerd leren en big data systemen (Kennisnet, 2016). De digitaliseren raakt alle studenten van basis onderwijs tot universiteit (Daniolos, 2015). Dit betekent voor technische scholen dat zijn studenten binnen krijgen die gewent zijn aan de digitale trends en een manier van werken hebben waar de technische school op moet aansluiten. Het gebruik van de digitale middel is een manier om kennis aan studenten over te dragen. Maar  steeds bedrijven geven aan dat kennis te snel verouderd. Bedrijven pleiten daarom ook voor om een basiskennis niveau van studenten aangevuld met vaardigheden (Trilling & Fadel, 2009).  Deze vaardigheden zijn onder andere samenwerken, communicatie- en evaluatievaardigheden (Van Vught, 2002) en zouden bereikt kunnen worden met coöperatief onderwijs. Deze vaardigheden zijn onderdelen van de 21e eeuwse vaardigheden en zijn volgens bedrijven vaardigheden die een studenten moet hebben om te kunnen functioneren in de informatie- en kennismaatschappij (Thijs, Fisser, & van der Hoeven, 2014). Technische scholen staan hiermee voor de vraag "Blijven we investeren in kennis, of gaan we meer investeren in 21e eeuwse vaardigheden?". 


Welke drijvende kracht zou uitgewerkt kunnen worden in je eigen situatie en hoe?
Bij de trend Digitalisering worden docenten aangevuld door computers of apps. De vraag die hier bij gesteld kan worden is: " gaan we investeren in nieuwe ICT middelen, of blijven we meer de persoonlijke verbinding met bedrijven en ouders aangaan om persoonlijk onderwijs te blijven verzorge?". Bij de trend de 21e eeuwse vaardigheden is de vraag blijven we investeren in kennis door bijvoorbeeld frontaal onderwijs met ICT middelen of gaan scholen de stijgende vraag uit het bedrijfsleven, naar vaardigheden beantwoorden?

Scenariosjabloon MBO techniek (klik hier voor de onderbouwing)

Advies team Devils in disguise.
Digitalisering treft studenten al vanaf de basisschool tot het afstuderen. De sterke stijging in de inzet van de middelen en de doorontwikkeling hiervan heeft zijn grenzen nog niet bereikt, maar zorgt voor vraagstukken, maar ook mogelijkheden die het team Devils in disguise zou kunnen onderzoeken en verder uit kunnen werken. Om deze reden zou ik de Devil in disguise aanraden om digitalisering ver uit te werken.

De 21e eeuwse vaardigheden en dat met name de vraag of we moeten investeren in kennis of in vaardigheden is een ook een goed punt om uit te werken. Hoewel deze vaardigheden breed in de scholen leven is de trend, zoals hij beschreven is in deze blog, met name gericht op MBO scholen die technisch gericht zijn. Hierdoor betreft het maar een klein deel van de scholengemeenschap. Daarom wil de Devils in diguise dit punt niet aanraden om verder uit te werken. 

Literatuurlijst

Frontaal onderwijs

Bij het frontale onderwijs zorgt een stimulus voor een vooraf bepaalde en gewenst reactie van studenten die vervolgens getoetst wordt (Ertmer & Newby, 1993). Bij deze behavioristische leermethodiek wordt er vervolgens gereageerd op de uitkomsten van een toets. Deze leermethodiek moet er voor zorgen dat kennis wordt overgedragen en de gewenste kennis en leergedrag zich herhaalt op andere momenten (Ertmer & Newby, 1993). Frontaal onderwijs is een goede methodiek om regels aan te leren zoals bij taal en rekenen en kan het bijdragen aan een positief zelfbeeld van een student als deze na hard studeren een hogere prestatie haalt (Kozloff, Rice, & Bessellieu, 2001). Echter wordt hierbij voorbij gegaan aan hoe studenten leren en welke methodes nodig zijn om kennis toe te passen in complexe werksituaties (Trilling & Fadel, 2009). Daarnaast wordt er passief gereageerd op wat een student niet heeft geleerd en moet een stimulering achteraf toegepast worden om de gewenste kennis aan te tonen. Hattie (2013) staat in zijn meta-analyse stil bij wat kennis bijdraagt aan de prestaties van studenten. Hij concludeert dat kennis met een effectgrootte van 0.09 een lage bijdrage levert aan de prestaties van studenten. Daarnaast toont Hattie aan dat de docent met een effectgrote van 0.32 een matige invloed heeft op de prestaties van de student. Echter probleemoplossend werken met een waarde van 0.61 en training in studievaardigheden met 0.63 zijn een stuk effectiever. Ook coöperatief versus individueel werken scoort met 0.59 hoog. Bovendien scoort coöperatief versus competitief leren 0.54 ook hoog. Dit betekent dat lessen in probleem oplossing (0.61) en samen werken in groepen aan studievaardigheden (0.63) effectief zullen bijdragen aan de leerprestaties van studenten (Hattie, 2013). Tijdens coöperatief leren zullen studenten leren kritisch en probleemoplossend te denken en creatief naar kennis te kijken en daardoor een verhoogde motivatie hebben en meer leren (Trilling & Fadel, 2009). Bij het coöperatief leren wordt er samengewerkt om een gezamenlijk groepsdoel te behalen (Mitchell, 2015). Studenten zijn afhankelijk van elkaar en moeten werken aan kenniskoppelingen leggen, inzichten krijgen en een juiste beroepshouding. Studenten hebben meer succes als ze geleerd hebben ‘hoe’ en ‘wat’ ze moeten leren (Trilling & Fadel, 2009).

Coöperatief onderwijs

Tijdens coöperatief leren zullen studenten leren kritisch en probleemoplossend te denken en creatief naar kennis te kijken en daardoor een verhoogde motivatie hebben en meer leren (Trilling & Fadel, 2009). Bij het coöperatief leren wordt er samengewerkt om een gezamenlijk groepsdoel te behalen (Mitchell, 2015). Studenten zijn afhankelijk van elkaar en moeten werken aan kenniskoppelingen leggen, inzichten krijgen en een juiste beroepshouding. Studenten hebben meer succes als ze geleerd hebben ‘hoe’ en ‘wat’ ze moeten leren (Trilling & Fadel, 2009). Dit kan bereikt worden door het geven van feedup, feedback en feedforward (Hattie & Timperley, 2007).

Het coöperatief leren biedt de studenten de gelegenheid om zich verder te ontwikkelen op het gebied van samenwerken, communicatie- en evaluatievaardigheden (Van Vught, 2002). Dit alles is nodig is om goed te kunnen functioneren in de informatie- en kennismaatschappij (Thijs, Fisser, & van der Hoeven, 2014).

Quest 1: Trends en drijvende krachten

Opdracht: Ga op zoek naar voor jouw sector relevante trends en drijvende krachten. 
Trends, wat staat er ons te wacht en welke impact heeft dit op ons technische MBO onderwijs? Om hier een antwoord op te vinden heb ik verschillende collega's benaderd met de vraag "Wat zie jij voor ons onderwijs in de toekomst?". Maar ik ben niet de enige collega die deze vraag stelt. Binnen onze school wordt gezocht naar nieuwe trends, want we gaan verhuizen. En wij willen graag met een vooruitziende blik een schoolgebouw inrichten.

Binnen technische MBO scholen daalt het aantal nieuwe studenten (Meijerink, 2016). Hiervoor zijn verschillende oorzaken te noemen zoals het dalende aantal geboortes (CBS, 2015; Sariwating, 2015), dalende interesse voor het beroep en de stijgende complexiteit van het werk (Mulder, 2014). Volgens de gegevens van het CBS (2015), zullen de studenten aantallen blijven dalen en is Nederland aan het vergrijzen. De vergrijzing heeft ook zijn neerslag op het Technische docenten bestand.


Daarnaast wordt het binnen technische scholen steeds moeilijker om docenten te vinden die technisch up-to-date zijn, pedagogisch vaardig zijn en passie hebben voor lesgeven. Sinds in de invoer van passend onderwijs binnen de scholen, wordt er binnen de technische MBO sector gesproken over individuele leerwegen die als doel hebben het beste uit de student te halen. De vraag die hier bij gesteld wordt is "hoe gaan we individuele leerwegen ontwikkelen, bij een dalend aantal docenten?". Gaan we dit nog wel bereiken met docent begeleide onderwijstijd, of gaan computers een individuele leerwegen berekenen en de student het door heen leiden? Mulder (2015) geeft aan dat de ontwikkelingen in techniek erg snel gaan en studenten complex werk staat te wachten in de technische sector. Volgens de wet van Moore (2015), zal deze technische ontwikkeling alleen nog maar verder versnellen. Het technisch MBO levert direct potentieel personeel af aan de arbeidsmarkt of HBO. Het bedrijfsleven geeft aan studenten te zoeken die met de snelle technische ontwikkeling mee willen en kunnen groeien. (Trilling & Fadel, 2009). Toeleverende scholen kunnen niet aan deze vraag voldoen en leveren volgens het bedrijfsleven afgestudeerde studenten af die een aantal basisvaardigheden missen die nodig zijn in het bedrijfsleven (Trilling & Fadel, 2009). Hiermee doelt het bedrijfsleven op de 21st century skills. Omdat het sinds enige jaren mogelijk is voor bedrijven of andere instanties om diploma's af te geven (Sorgdrager, 1995) zijn er steeds meer bedrijven die overwegen hun eigen school te beginnen. Hiermee komt er steeds meer concurrentie om het dalende aantal studenten. Om de concurrentie met bedrijven en andere beroepen aan te kunnen blijven gaan,  staat er binnen de technische scholen de 21st century skills op de agenda. Maar menig docent weet niet goed hoe hij hier op in moet steken. Een veel voorkomde vraag is "richten wij ons onderwijs in op het opdoen van individuele kennis nu is het belangrijker om studenten te trainen op vaardigheden?".


Hier onder is een lijst met trends die volgens collega's gaan komen.

Zoals te zien is aan de rode kruizen, zijn niet alle toekomst trends door mij te onderbouwen met literatuur. Maar een groot deel al wel. Om alle collega's van de school te benaderen heb ik een blog op intranet geplaatst met daarin centraal een toekomst scenario van het onderwijs van 2030. Deze blog heb ik afgesloten met de vraag, "Welke trends zie jij voor de toekomst?". Helaas blijven online reacties uit, maar een collega van een andere school, sprak mij aan en melde dat hij een deel van mijn blog had gebruikt bij een presentie over Trends bij Summa. Volgende week ga ik met hem hier verder over praten.

Literatuurlijst

Gamification

Experimenteren met verschillende onderwijsmethodes. Tijdens de lessen van LA 4 kwam gamification voorbij en dat deed mij denken aan de ontmoeting en training die ik heb gehad van Sem van Geffen. Ik heb zijn boek er weer eens bij gepakt en dit naast de lessen van projectmanagement gelegd. Bij dit vak is er ruimte voor experimenteren, omdat er geen vaste lesstof is, maar dat er rond een opdracht de lesstof wordt geschreven. Dit jaar ga ik robottechnologie en een klas battle inzetten. Bij robottechnologie staat kennis delen en ontdekken centraal. Bij de klas battle staat groepsgevoel en creatief werken centraal. Hierbij een videoreportage van de finaledag. Veel kijkplezier!

Gamification behoefte

Na een inventarisatieronde bij verschillende studenten uit de klas, komt naar voren dat er interesse is voor een ontmoeting met Sem van Geffen en zijn lezing over Gamification. Maar veel studenten geven aan naar de lezing van "Mission start" te gaan, van Sem van Geffen. Deze valt op 25 maart, laat dat nou net samenvallen met mijn verjaardag. Ik stuur een mail naar Sem met de vraag of er ook zijn lezing ook online te volgen is, maar helaas. Goed, deze deur valt dicht, maar het netwerk staat weer verder open......

Literatuurlijst

CBS. (2015, november 18). Het geboortecijfer daalt weer. Geraadpleegd op, 23 november, 2015, van http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/bevolking/publicaties/artikelen/archief/2015/het-geboortecijfer-daalt-weer-2015.htm Daniolos, S. (2015). Onderwijs & Digitalisering: Zijn scholen klaar voor de toekomst?. Geraadpleegd van http://ischolengroep.org/wp-content/uploads/2015/06/Onderwijs-Digitalisering-Zijn-scholen-klaar-voor-de-toekomst_.pdf Hooghoff, H. (2011). Hett nut van ’t algemeen: Over onderwijs en maatschappelijke verantwoordelijkheid. Enschede: SLO.

Meijerink, E. M. (2016). Set your mind; Effects of an intervention on mindset, self-efficacy, and intended STEM choice of students. Twente, Nederland: Universiteit.

Mulder, M. (2014, maart 18). 65-plussers per gemeente 2020-2040: Volksgezondheid toekomst verkenning, nationale atlas volksgezondheid. Geraadpleegd op, 23 november, 2015 van, Zorgatlas\Beïnvloedende factoren\Demografie\Groei en spreiding: http://www.zorgatlas.nl/beinvloedende-factoren/demografie/groei-en-spreiding/prognose-65-plussers-per-gemeente#breadcrumb Nieuwenhuys, M. (2008). Digitale schoolborden in het basisonderwijs: veranderingen in visie en praktijk? (Master's thesis, University of Twente). Kennisnet. (2016). Technologiekompas voor het onderwijs Kennisnet Trendrapport 2016-2017; oe slimme ict onze leerlingen voorbereidt op de toekomst. Geraadpleegd van https://www.kennisnet.nl/publicaties/trendrapport/

Sorgdrager, W. (1995). Wet educatie en beroepsonderwijs. Geraadpleegd van http://wetten.overheid.nl/BWBR0007625/2017-01-01#Hoofdstuk7_Titeldeel4_Paragraaf1_Artikel7.4.6

Sariwating, K. (2015, 29 januari). Wat betekent de leerlingenkrimp of leerlingendaling in het onderwijs? Geraadpleegd van https://www.onderwijsconsument.nl/wat-betekent-leerlingenkrimp-leerlingendaling-het-onderwijs/ Thijs, A., Fisser, P., & van der Hoeven, M. (2014). 21e Eeuwse vaardigheden in het curriculum van het funderend onderwijs, 15-35. Enschede: SLO. Turkenburg, M. (2005). Grenzen aan de maatschappelijke opdracht van de school: een verkenning. Den Haag, Nederland: Sociaal en Cultureel Planbureau. Voogt, J., & Pareja Roblin, N. (2010). 21st Century Skills, 1-2. Enschede: Faculteit gedragswetenschappen. VNO-NCW, MKB-NEDERLAND, & LTO NEDERLAND. (2016). Investeren digitale in een kwantumsprong. Geraadpleegd van http://www.nl-nextlevel.nl/wp-content/uploads/2016/09/de_digitale_kwantumsprong.pdf

Wikipedia.(2015, augustus 30). Wet van moore. Geraadpleegd op, 2 november 2015, van https://nl.wikipedia.org/wiki/Wet_van_Moore

Profilm

Momenteel participeren ik al een goed half jaar in de Europese ontwikkelgroep "automotive engineering". Samen ontwikkelen wij een lespakket met trainingen presentaties en examens. En dat allemaal in vier verschillende talen. Deze week is er een promofilmpje gemaakt. Hierbij:

 

Gamification netwerk

Tijdens de college van afgelopen maandag is LA 4 gestart. Mijn oog viel direct op de methode de gebruikt werd. Dit is 'Gamification", was mijn eerste reactie. In mijn hoofd gaan de knikkers rollen en ik denk direct terug aan de training die ik heb gekregen van Sem van Geffen "Gamification in de klas". s'Avonds direct zijn boek er bij gezocht en doorgelezen. Ik weet nog niet goed wat er van LA 4 verwacht wordt, maar ik duik direct mijn netwerk in. Wie kan ik benaderen voor vragen over Games... P.Rats, docent bij hoge school Amsterdam met een specialisatie in de ontwikkeling van games, ik heb zijn nummer en de eerste sms is de deur uit. S. Geffen, geeft lezingen, is er behoefte bij de MLI? Dat weet ik nog niet, maar de eerste vragen set die ik kan verwachten "wat kost het, wanneer is het en wat hebben wij er aan?". Daar heb ik zijn mail adres, even een mailtje opzetten, koppeling naar mijn blog bericht over hem mee sturen. Zo klik de deur uit.... SMS van P.Rat, heeft interesse om eens te praten.

LA 3; Regen

werwer

LA 2: water

Bla water Bla water

LA 1

BLAVLA BLAVLA

Welkom op blogger

Welkom we gaan knoppen aanmaken aan de hand van labels

Persoonlijke doelstelling voor LA 4

Netwerk vergroten,

Avatar

Mijn sterk kant is ICT vaardigheden; Dit is het beeld wat daar bij past.

SWOT analyse

Voor deze quest sta ik stil bij krachten en zwakten (SWOT analyse). 

Sterkt punt
Als ik naar mijzelf kijk dan is ICT geletterdheid een van mij sterke punten. Ik vind het erg makkelijk om in systemen te denken. Ik doorzie heel snel de stappen die een programmeur van een programma beoogt. Hierbij probeer ik snel tot een passend advies voor het team te komen, zodat opties besproken kunnen worden.

Een ander sterk punt is mijn nieuwsgierigheid en mijn vermogen om samen te werken. Ik zoek graag mensen op, wil graag weten wie ze zijn en breng krijg gesprekken in beweging. Dit is een vaardigheid waar ik lang aan gewerkt heb om deze te ontwikkelen. Want als ik eerlijk naar mijzelf kijk was dit eerst een zwak punt van mij. Het gameteam kan mijn vaardigheden gebruiken bij het leggen van contacten. Ik vind het leuk om naar anderen te gaan en informatie te vissen. Hierdoor beweeg ik makkelijk tussen groepen, ken ik veel mensen en weet ik wat er speelt. Dit kan tijd tijdwinst opleveren voor het team, maar ook een netwerk wat zij kunnen aanspreken. 

Zwakke punten

Schrijftaal is een zwak punt. Ik maak veel typefouten, dit komt door mij Dyslexie waardoor het voor ook moeilijk is om fouten terug te vinden. Hoewel jarenlange training en kilometers boeken lezen tot een grote verbetering heeft geleid, blijft het mijn achillespees.

Creativiteit is ook een zwak punt van mij. Ik vind het moeilijk om buiten de kaders van mijn creatieve vaardigheden te denken. Dit betekent voor mijn gameteam dat ik graag mee denk ik creatieve processen, maar ik niet veel ideeën kan aandragen. 

Beoordeling LA 4

Mijn avatar

We gaan werken aan het onderwijs van 2030. Hiervoor maak ontwikkel je een game die op twee
manier gegeven kan worden. De eerste is als beschrijving, de ander als activiteit.
Elke les begint een quest kaart. Hierop staan PI die overeen komen met de eindbeoordeling. Aan het einde van dit LA is er een challangeday. Gedurende het LA moet je evalueren en feedback verzamelen en aantoonbaar maken dat je dit hebt gedaan. Ook moet je aantonen dat je de feedback gebruikt hebt om je quest te verbeteren.

Tijdens LA kun je experince points verzamelen. Totaal zijn er 175 XP te halen, waarbij het behalen van 80% aannemelijk is dat je dit LA hebt gehaald. De XP zijn te behalen op individueel niveau te behalen en op groepsniveau. Mocht je XP niet behalen en daarmee XP mislopen, dan mag je aan het einde van het LA aantonen hoe je deze XP toch waardig bent.

Tips:
- score goed op de Quests,
- de Questkaarten kaarten hebben PI op een voldoende niveau, ga dus kijken naar de goed!
- Analyseer de PI ruberic kaart,
- Houd Edmodo goed in de gaten,
- Maak een teamblog
- Twitter met elkaar, (integreer in de blog)

Stress loos

De stress is weg, de nachtrust is weer goed en humeur reageert weer op de koffie verslaving. Man wat een blok was dit. In blok La 1 waren we vooral bezig met leren te leren en apa stijlen. La 2 heb ik mijzelf binnenstebuiten gekeerd en in La 3 heb ik een innovatie geanalyseerd. Deze La's hebben een neven effecten, een bijwerking die onomkeerbaar is. Voor de Matrix liefhebbers, "i took the red pill". Man alles ziet er anders uit, die dank anders over zaken en ik benader ze ook anders. Alles stappen worden overwogen, over is leren en zelf het blijvend tikken van een fietser op een fietspaal wordt gekoppeld aan de empiri. Ik moet nog het moment vinden wanneer dit omgezet wordt naar genieten?

La die was een blok waarbij ik een bewuste keuze heb gemaakt om niet voor de 10.0 te gaan, maar voor een 7. Heel mijn dna schreeuwt om dit niet te doen, maar ik maak toch de keuze. Voor een deeltje omdat het beter is, maar het grootste deel wordt deze keuze bepaald of effectieve te leren werken. Heel hard werken en niet effectief is niet goed. Rustig werken maar goed werken wel. Ik laat je weten hoe het afloopt tijdens de beoordeling van dit blok.

Twitter

Voor La 4, gaan we iets doen op het gebied van Gamification. Hiervoor moeten we een twitter account aanmaken. Twitteren is niet echt mijn ding, maar goed ik heb mijn account weer geactiveerd en wat lopen prullen. En wat blijkt, na wat snuffelen ben ik in staat om Twitter te koppelen aan Blogger. Dit scheelt mij straks mogelijk weer tijd. Let the games begin...